Onderweg

Met een korte druk op de claxon (geweldig woord vind ik dat) stopten we voor z’n huis op de Bisselt. Met z’n drieën zaten we in een Toyota Starlet, kan ook een Peugeot zijn geweest. Ik ben geen groot autokenner. Het was nog vroeg. Half negen op een frisse zondagochtend. De motor draaide stationair en de aanjager begon net een beetje warme lucht te blazen. Onze voetbaltassen lagen achterin. In het huis dat omringd was met grote Douglassparren viel nog geen teken van leven waar te nemen. Een zachte stem op de autoradio meldde dat er een Tjiftjaf was gespot in een tuin in Groningen. Opnieuw de claxon, twee keer kort. Bij het slaapkamerraam boven bewoog een gordijn. Toen verscheen Sjaak. Ontbloot bovenlijf, z’n haar verraadde een wilde nacht. Met een korte armbeweging maakte Sjaak vriendelijk maar resoluut duidelijk dat we door konden rijden. Met een glimlach sloot hij de gordijnen. Sjaak zou er niet bij zijn vandaag. Dat ging lastig worden tegen Niftrik 4. Zoals vaker was de grote vraag of we een compleet elftal op de been konden brengen. Want we hadden ook Alex, onze Griekse spits. Een goed jong. Snel en doelgericht. Je kon ‘m in de diepte om boodschap sturen. Maar helaas lag de zondagochtend hem niet zo. “Ik ben onderweg” was z’n standaardantwoord als ‘ie dan gebeld werd. Maar al snel kregen we in de gaten dat dat niet altijd betekende “naar het voetbalveld”. Soms zag je ‘m dan pas een week later als we weer thuis moesten spelen. Als iemand dan vroeg “Waar zat je nou vorige week?” was z’n antwoord meestal dat hij toen nogal onderweg was, dus.

Toch waren ’t speciale zondagochtenden die voetbaluitstapjes in de regio. Heb er eerder over geschreven. Met beslagen ramen in een kleine kolonne naar Wamel of Puiflijk. Nederland nog in rust. Er hangt dauw in de uiterwaarden. In de kantine op het sportpark is het kil, de verwarming is nog niet op toeren. We spelen onze wedstrijd, schudden handen met de tegenstander en tuffen terug naar Mook. Door een vredig landschap waar intussen honden worden uitgelaten en ook wielrenners. Een gewone, bijzondere zondagochtend in een onbekommerde wereld, zo voelde ‘t.

“Ik snap de Vladimirs van deze wereld niet”

Maar niet overal zijn de zondagochtenden zo lommerrijk. Is een potje voetbal zo vanzelfsprekend als bij ons. In een uithoek van Europa is het nu oorlog.  Een totaal zinloze bezigheid met alleen maar verliezers en erger nog, slachtoffers. Iedereen weet dat, en toch gebeurt het. Ik snap de Vladimirs van deze wereld niet. Zuidelijk van Kiev liggen de stadjes Vita-Poshtova en iets verderop Chabany. Tenminste volgens Google Maps nog wel. Ik stel me zo voor dat beide steden een voetbalclub hebben die *derby’s tegen elkaar speelden. Dat de spelers van Vita-Poshtova 3 zich verzamelden bij de kantine voor hun uitwedstrijd tegen Chabany 5. Net zoals dat bij Eendracht 3 tegen Heumen 4 gebeurt. Dat ze vertrokken in een kleine kolonne naar het stadje ten zuiden van Kiev, ongeveer een half uur rijden via de E95 (dankjewel google Maps;-). Dat ze misschien wel wonnen, toeterend terugreden naar de kantine en bier dronken tot de volgende ochtend. Ja, zou zomaar gebeurd kunnen zijn. Da’s nu afgelopen. Er worden in Oekraïne vandaag de dag niet veel derby’s meer gespeeld. Er rijden wel kolonnes, maar met granaten in plaats van voetbaltassen. Stukgeschoten tanks blokkeren de snelweg. En hoe liggen de velden er bij? Staat de kantine er nog? En de spelers? Onder de wapenen waarschijnlijk. Of – laten we hopen van niet – intussen moedig strijdend heengegaan voor het vaderland. Niet gek dat veel Oekraïners zijn vertrokken naar veiliger oorden. Onderweg naar een plek waar geen bommen vallen.

En zo overvalt de harde realiteit van deze wereld me voor de zoveelste keer. En voel ik me er een beetje ongemakkelijk bij dat ik op koude, vroege zondagochtenden weleens de gedachte had om lekker te blijven liggen en het potje voetbal in Bemmel of Hulhuizen te laten schieten. Blij dat ik toch met de tas op het stuur naar Eendracht ben gefietst. Dat er velden waren om op te voetballen en dat m’n medespelers er waren. Allemaal, op eentje na. In het huis tussen de Douglassparren op de Bisselt zitten de gordijnen voor het slaapkamerraam dicht. Ik gok dat ’t bed lekker warm is. Sjaak is er weer niet bij vandaag 😉

Vrede op aard,

Nuevocasa

* Efkes voor wie ’t fenomeen derby niet kent. Een derby is een potje voetbal waarbij ’t er extra fanatiek aan toe gaat omdat er twee ploegen uit dezelfde streek tegen elkaar spelen. Gaat vaak gepaard met veel strijd, pittige overtredingen en luidruchtige supporters. Veelal kennen de de spelers elkaar, van ’t werk of ’t uitgaan, Maar op ’t veld is daar niks van te merken. Interessant verschijnsel, zit ’n columnpje in 😉

Dit bericht werd geplaatst in columns. Bookmark de permalink .

6 reacties op Onderweg

  1. Henri Thijssen zegt:

    Marc

    Wederom een heerlijk verhaal. Mooi geschreven.
    Niet herkenbaar want in onze gezin
    (Thijssen) was weinig sprake van voetballiefde.
    Tegenwoordig sta wel weer vaak langs de lijn bij GVA. Zo zie je maar..

    Henri

  2. daviddemiranda zegt:

    Met een glimlach gelezen op een mistige zondagmorgen. Bedankt voor een leesfeest @nuevocasa. Het is telkens weer prachtig!

    Deze ervaringen zijn zo herkenbaar voor iedereen die in zijn jeugd ergens mee bezig was op zaterdag en/of zondag, zonder zich op dat moment te realiseren dat het speciaal was.

  3. rob zegt:

    Derby’s waren in mijn beleving die wedstrijden die je niet maar ook echt niet mocht verliezen…De derby in en tegen Astrantia uit Middelaar was zo’n wedstrijd..Verkens noemden wij ze en zij hadden voor ons ook een naam maar die is mij ontschoten…Grensrechter Piet ten haaf met handen zo groot als kolenschoppen vlagde dan ook altijd in ons nadeel…Dan had hij inmiddels tig keer in ons nadeel gevlagd mochten wij een keer ingooien..Dan zet hij met een zwaar middelaars accent ..nou magde gij een keer gooien menneke..Na afloop in de kantine ging het altijd van dik hout zaagt men planken…om tenslotte met de fiets weer naar Mook te fietsen..Toen was geluk heel gewoon

Plaats een reactie